vrijdag 29 maart 2013

Movies That Matter 11



De universaliteit van de universele rechten van de mens wordt elke minuut van de dag op de grofst denkbare manieren geschonden. Door ons, wij dus van de westerse beschaving die penicilline en de clusterbom hebben voortgebracht, Sophocles en Auschwitz, Eric Clapton en Hiroshima. Wij en

Wanneer we dus ‘wij’ zeiden, meenden we het te hebben over alle mensen, terwijl het in feite alleen maar over onszelf, de Europeanen, ging. Nu echter treden we onherroepelijk het tijdperk binnen waarin een eenduidige vergelijking ‘wij=Europeanen’, als synoniem voor alle wereldburgers, in twijfel wordt getrokken, gezien de historische veranderingen die zich voltrekken.

Als gevolg van deze veranderingen werden immers nogal wat andere, tot dan toe gedomineerde en gemarginaliseerde culturen wakker geschud. Ze leefden op en begonnen een gelijkwaardige plaats op te eisen aan de mondiale ronde tafel. Ze zijn ambitieus en dynamisch en beschikken over een sterk ontwikkeld gevoel van eigenwaarde.

aldus Kapuscinski. Hij schreef dit

op het moment dat in de moderne cultuur de houding domineert om zich te beperken tot zijn eigen, egoistische ik en zich erin op te sluiten, in een goed geisoleerde kring, waarin de lusten en grillen van de consument bevredigd kunnen worden.

Hoe zit het met

Het trotseren van de verleidingen en van het dictaat van het consumentisme door het nemen van verantwoordelijkheid voor de Ander…?

Wie zijn wij, blanke westerlingen, producten van een christelijke cultuur, voor wie de Ander alleen maar bestaat als degene die naar ons moet luisteren en onze cultuur moeten imiteren? Wie zijn de medewerkers van Movies That Matter die Sophie Roborgh, van de Hague Centre for Strategic Studies, uitnodigde en het Nederlands PVDA-Kamerlid Désirée Bonis, die eerder Nederlands ambassadeur was in Damascus, om over de toekomst van Syrie te praten? En dat terwijl ze tegelijkertijd representanten zijn van onze NAVO-cultuur, een cultuur die zo haarscherp is gedefinieerd door de vooraanstaande Amerikaanse neoconservatieve historicus Victor Davis Hanson in zijn boek Why The West Has Won. Nine Landmark Battles in the Brutal History of Western Victory. Kort maar krachtig samengevat concludeert Hanson dat wij vijf eeuwen lang wonnen vanwege het simpele feit dat het Westen  harder kon meppen, meedogenlozer was in zijn streven naar hegemonie, want wij bezaten

the most lethal practice of arms conceivable. Let us hope that we at last understand this legacy. It is a weighty and sometimes ominous heritage that we must neither deny nor feel ashamed about -- but insist that our deadly manner of war serves, rather thans buries, our civilization.
Let op dames: 'weighty and sometimes ominous heritage,' waarvoor we ons zeker niet voor hoeven te schamen. Het staat er echt. Vanuit welk moreel recht spreken wij om ons met geweld te bemoeien in een intern conflict in Syrie, een burgeroorlog die door ons wordt aangewakkerd door het sturen van wapens vanuit Saoedi-Arabie naar onder andere fundamentalistische jihadisten die geen democratie willen, maar net als in Saoedi-Arabie, een theocratische dictatuur? Hier is geen sprake van een dialoog, maar van een eeuwenlang monoloog nog steeds gedomineerd door Theodore Roosevelt’s adagium  speak softly and carry a big stick.’ Vanuit dit gezichtspunt is de vraag: wie zijn Sophie Roborgh en Désirée Bonis, en wat beogen de organisatoren van Movies That Matter? Wat is er met de universaliteit van de universele rechten van de mens gebeurt, wanneer volgens Brzezinski tweederde van de mens in diepe armoede verkeert? Terwijl ik dit tik hoor ik de nieuwslezeres van Sublime FM melden dat ‘premier Rutte tot de tien best geklede wereldleiders is gekozen door het Amerikaanse tijdschrift Vanity Fair, dat verder zijn lach, kapsel en frameloze bril roemt.’ Dat is nieuws in de polder, tezamen met een gruwelmoord en de situatie in Syrie. Het is de auteur Milan Kundera die journalisten de ‘termieten van de reductie’ noemden, die zelfs ‘de grootste liefde terugbrengen tot een geraamte van schrale herinneringen.’ Kundera:

Over de hele wereld strooien ze dezelfde simplificaties en cliche’s uit waarvan mag worden aangenomen dat ze door de meerderheid zullen worden aanvaard, door allen, door de hele mensheid. En het is niet zo belangrijk dat in de verschillende organen van de media de verschillende politieke belangen tot uiting komen. Achter het uiterlijke verschil heerst een en dezelfde geest. Je hoeft de Amerikaanse en Europese opiniebladen maar door te kijken, van rechts zowel als links, van Time tot Der Spiegel: in al die bladen tref je dezelfde kijk op het leven aan, die zich in dezelfde volgorde waarin hun inhoudsopgave is opgebouwd weerspiegelt, in dezelfde rubrieken, dezelfde journalistieke aanpak, dezelfde woordkeus en stijl, in dezelfde artistieke voorkeuren en in dezelfde hierarchie van wat ze belangrijk en onbeduidend achten. De gemeenschappelijke geestesgesteldheid van de massamedia, die schuilgaat achter hun politieke verscheidenheid is de geest van de tijd.

En binnen die virtuele, uiterst begrensde context, gaan de dames Roborgh en Bonis de burgeroorlog in Syrie bespreken. Waarom schaamt de westerse mens zich niet meer?



Ziet u het ook? Allemaal zo blank als het maar kan. Nederland 2013. 

1 opmerking:

Sonja zei

BN/De Stem over een documentaire in Movies that Matter: Zuid-Afrika als voorbeeld voor Israël.

'er moet vrede komen', en 'als we elkaar kunnen vergeven komt het allemaal wel goed' zijn allemaal manieren om het werkelijke probleem, de werkelijke oorzaak te blijven ontkennen, nl. de bezetting. Het 'conflict' tussen Israëli's en Palestijnen is geen spontane natuurramp maar een gevolg van de bezetting. Net als de zwarte Zuid-Afrikanen zullen de Palestijnen allereerst (hun beloofde en erkende) rechten moeten krijgen. Maar dát is nu precies het probleem. Pas daarna kun je aan de slag met verzoening. 'No justice, no peace', dat weet een kind.